Domeinen

De domeinen zijn opgebouwd volgens onderstaand overzicht. Daarna volgt een uitwerking van de domeinen. De indicatoren geven inzicht in het te bereiken niveau, de parate kennis (schoolvakkennis) en de noodzakelijke en verplichte verbreding/verdieping1 daarop.

Domein 0: Werken vanuit systeemconcepten en biologische denkvaardigheden

Subdomein 0.1: Systeemdenken

Subdomein 0.2: Evolutionair denken

Subdomein 0.3: Ecologisch denken

Subdomein 0.4: Vorm-functie-denken

Subdomein 0.5: Kennisontwikkeling en toepassing

Subdomein 0.6: Beleven

Domein 1: Atomen en moleculen in de biologie

Subdomein 1.1: Atomen en 'eenvoudige' moleculen

Subdomein 1.2: Biologische macromoleculen

Subdomein 1.3: DNA en RNA

Subdomein 1.4: Eiwitten

Domein 2: Pro- en eukaryote cellen

Subdomein 2.1: Anatomie van de cel

Subdomein 2.2: Fysiologie van de cel

Subdomein 2.3: Celcommunicatie

Subdomein 2.4: Celcyclus

Subdomein 2.5: Celdood

Domein 3: Weefsels, organen en orgaansystemen

Subdomein 3.1: Anatomie en fysiologie van planten

Subdomein 3.2: Anatomie en fysiologie van dieren

Domein 4: Organismen

Subdomein 4.1: Systematiek en soortbegrip

Subdomein 4.2: Soortenkennis

Subdomein 4.3: Levenscycli en erfelijkheid

Subdomein 4.4: Evolutie

Domein 5: Ecosystemen

Subdomein 5.1: Organismale ecologie

Subdomein 5.2: Gedragsbiologie

Subdomein 5.3: Populaties

Subdomein 5.4: Levensgemeenschap

Subdomein 5.5: Ecosysteem

Domein 6: Systeem aarde

Subdomein 6.1: Theorieën over het ontstaan van de aarde, het leven en de macro-evolutie

Subdomein 6.2: Biosfeer

Subdomein 6.3: Biodiversiteit

Subdomein 6.4: Duurzame ontwikkeling

Domein 7: Vakdidactiek

Subdomein 7.1: Aard van de biologie als wetenschap, beroep en schoolvak

Subdomein 7.2: Leerstof-, lesopbouw en toetsing

Suboomein 7.3: Doorlopende leerlijn en samenhang met andere schoolvakken

Subdomein 7.4: Begripsontwikkeling

Subdomein 7.5: Karakteristieke denk- en werkwijzen in de natuurwetenschappen en techniek

Subdomein 7.6: Leefstijl

Subdomein 7.7: Leeromgeving

Subdomein 7.8: Ict in het biologie-onderwijs

Subdomein 7.9: Professionele ontwikkeling en collegiale samenwerking

Domein 8: Kennis van verwante vakken

Subdomein 8.1: Rekenen, wiskunde en statistiek

Subdomein 8.2: Scheikunde

Subdomein 8.3: Natuurkunde

Subdomein 8.4: Aardrijkskunde (fysische geografie)

Subdomein 8.5: Natuurwetenschappelijk (literatuur) onderzoek

1

Bij de parate kennis (p) gaat het om de kennis die een startbekwame leraar nodig heeft om zijn vak in de dagelijkse onderwijspraktijk uit te voeren. Bij verbreden en verdiepen (v) betreft het kennis van het vakgebied die aanzienlijk verder gaat dan de onderwerpen die normaliter in het tweedegraadsgebied aan de orde komen, maar die nodig zijn om met een groter abstractieniveau en met een beter inzicht de aard van het vakgebied te kunnen beschouwen. Het beheersingsniveau daarvan wordt daarom ook anders omschreven dan dat van de kern.